Kennismaken met een aantal principes van het GevoelsBewust Bewegen. Fysiek contact met jezelf, voelbewustzijn, spanning bewust maken en loslaten. Grens met de buitenwereld versimpelen.

Rug-special: Zelf voelen hoe stand van voeten, bekken en schouders jouw wervelkolom gunstig beïnvloeden.

Rugontspanning via voetgewrichtjes en voetreflexgebied. Lokale 'twists' in de wervelkolom.

Diep werk. Schudden en schuiven om je wervels te bevrijden uit gespannen weefsels.

Stand bovenrug verbeteren via de schouderbladen. Bevrijding van hoge-rug-spanning.

Rond alle wervels van de wervelkolom aanzuigen en weer loslaten.

Het sprongbeen, een gewricht in onze enkel dat stabiliseert maar wel beweging nodig heeft, zodat ons hele skelet vrijer kan bewegen. Zijn in het Nulpunt.

Verbeteren van de loopbeweging door losmaken van stijvere gewrichtsverbindingen in voet, onderbeen en bekken. Vanuit nulpunt.

Met onze handen zacht bouwen aan verbinding met aarde. Openen van de essentiële gewrichten.

Aandacht voor ontspanning in bekken en heupgewrichten terwijl je loopt. Je handen klaarmaken voor zachte zelfheling. Schouders loslaten

Contact met het diepe schedelbot 'wiggebeen' en daarmee met alle schedelbotten. Resonantie door het lijf voelen bij enkelbot, borstbeen, 7e halswervel. Spanning uit het bekken loslaten.

Bevrijden van het 'juk' zwaarte en spanning in schoudergordel, bovenste wervels, schouderbladen en sleutelbenen. Meer ademruimte.

De basisprincipes van het GevoelsBewust Bewegen. Aandacht vanuit contacthanden met voeten en bovenbeenbotten.

Met mildheid spanning loslaten en bevrijding van enkel-, knie- en heupgewricht.

Zittend ruimte maken voor de balans zoekende beweging van het bekken en de onderrug. De kaak-bekken connectie helpt in het loslaten van spanning.

Aangezichtsbotten, lumbale wervels, staartbeen, schaambeen, van binnenuit reagerend op je handen. 'Laten vallen' van het bekken.

Speels en onderzoekend schudden en te kloppen, van schoudergordel t/m voeten. In een asymetrische schudding voelen hoe de gewrichten uiteindelijk de beste plek zoeken.

Liggend, de diepte in van het bekken. Overgave en ontdekken dat draagkracht alles te maken heeft met loslaten.

Zacht aankloppen en luisteren, of beter gezegd navoelen. Van binnenuit. Gezicht, bekken en heiligbeen. Zachte buiktrilling door laten gaan tot aan de rugzijde en de wervels.

Alle wervels in beweging brengen terwijl je ligt. De zachte weefsels aan de rugzijde en in het bekken laten spanning los.

Schuiven van de bovenbeenbotten terwijl je ligt. Uiteindelijk doel, zachte kracht door het skelet laten lopen dankzij geopende gewrichten.

Openen van de schoudergordel via sleutelbeen en schouderblad. Halswervels ruimte bieden.